Onderstaande boeken heb ik in 2020 gecorrigeerd of persklaar gemaakt (tekstredactie)
Recentste titel boven, oudste titel beneden
Lieke Marsman – In mijn mand
(Pluim)
In mijn mand behandelt de grootste thema’s die het menselijke bestaan kenmerken: de waarde van het leven en de plek van de dood in een mensenleven. Hoe leef je met een levensbedreigende ziekte? Hoe verandert dat je blik op de wereld, op wat van waarde is, op wat je je herinnert en het verloop van de tijd? En hoe verhoud je je tot de wereld in dergelijke omstandigheden? Trek je je eruit terug, of laat je je juist gelden en houd je die wereld een spiegel voor? Lieke Marsman kiest resoluut voor het laatste.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Nachoem Wijnberg – Joodse gedichten
(Pluim)
Joodse gedichten is een bundel over Joden voor wie het bouwen van de synagoge waar ze níét heen gaan een eerste levensbehoefte is – ook wanneer net aangespoeld op een onbewoond eiland. Deze bundel gaat over hoe de Joden doorde geschiedenis gaan, zoals ze over zichzelf als Joden denken en zoals anderen over hen als Joden denken, en het een vanwege het ander, en omgekeerd. Een centraal thema is de Messias, op wie met hevig verlangen gewacht wordt en die tegelijk een bron van ongerustheid is, misschien vanwege de problemen die valse Messiassen – van Jezus tot Sabbatai Tsvi – met zich meebrengen, misschien omdat de geschiedenis te mooi of te spannend is om die nu al te beëindigen – en de synagoge waar de Messias heen gaat, daar zou geen fatsoenlijke Jood zich willen vertonen.
Mozes en Abraham, Rabbi Akiva en Maimonides, Levinas en Leibovitz, Tucholsky en Amichai, ze lopen allemaal samen met de dichter en leden van zijn werkelijke en mythologische familie, door elkaar heen. Elk van hen spreekt in naam van iedereen, ook van naar wie hij vanochtend niet wil luisteren, al doe hij dat toch, want hoe zou hij anders weten hoe het verder gaat?
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Matthias Declercq – De ontdekking van Urk
(Podium)
De Belgische schrijver en journalist Matthias M.R. Declercq werd in 2009 een dag naar Urk gestuurd om verslag te doen van een moordzaak. Het dorp fascineerde hem zo, dat hij tien jaar later besluit op het voormalige eiland te gaan wonen, om te doen wat indertijd niet is gelukt: doordringen tot de kern van deze voor de buitenwereld zo onbekende gemeenschap.
Declercq woont als vreemdeling in het hart van het dorp en gaat mee vissen, bidden en drinken. Stap voor stap openbaart zich de werkelijkheid. Declercq observeert een minzaam en godvrezend volk, maar ontdekt ook een schimmige en tragische wereld, met jeugdige baldadigheid, visfraude en drugs. Een wereld waarin niks is wat het lijkt.
Declercq is er in deze persoonlijke queeste in geslaagd de identiteit bloot te leggen van ’s lands schijnbaar meest gesloten en onbegrepen gemeenschap.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Gaston Dorren – De Dutchionary
(Pluim)
Ben je onverstaanbaar, dan spreek je double Dutch. Drink je jezelf moed in, dan krijg je Dutch courage. Laat je een scheet onder de lakens, dan is je bed een Dutch oven. Als je naar de Engelse taal kijkt, lijkt het wel of Engelsen en Amerikanen ons laffe, lompe, lelijke, boerse, vieze, blowende, oversekste en suïcidale oplichters vinden. Hoe kómen we aan die slechte naam?
In De Dutchionary komen oude, nieuwe en tijdloze uitdrukkingen aan bod die het woord Dutch bevatten. Dorren laat zien hoe politieke, economische en demografische ontwikkelingen hun sporen in de taal hebben nagelaten. Dit woordenboek vol vooroordelen – van anderen over ons – is een ongemakkelijke herinnering aan de absurde uitwassen waar bekrompenheid en vreemdelingenhaat toe kunnen leiden.
Gaston Dorren is taaljournalist. Zijn eerdere boeken, waaronder Lingua en Babel, zijn vertaald in vijftien talen, van Engels tot Vietnamees. Voor Babel kreeg hij de Onze Taal/ANV-Taalboekenprijs 2019.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Mark Moorman en Chris Buur – Asjemenou!
(Pluim)
Waar is de fiets uit Turks fruit gebleven? Hoe smaakt Buckler-bier eigenlijk – na al die jaren? Wie draagt het kruis uit The Passion als het geen Pasen is? Past Ad Visser van AVRO’S Toppop zijn jasje nog? Is er nog iets over van de dansvloer van de Roxy? Bij welke rage voelt u zich het meest thuis: flippo’s, wuppies of speldjes? En welk meubel heeft u het liefst over de vloer: The Knotted Chair van ontwerper Marcel Wanders of de tafel van De Wereld Draait Door? En hoe gaat het trouwens met de lichtbal van Duncan? De Oscar voor Karakter? Het shirt van Van Basten? Het zakmes uit Het zakmes? En het konijn van Reve? Asjemenou! brengt al deze objecten bij elkaar en vertelt een alternatieve en aanstekelijke geschiedenis van het naoorlogse Nederland: verhalen over bekende, bejubelde, aanbeden (en diep gehate) voorwerpen die onze populaire cultuur vorm hebben gegeven. Een boek vol ontdekkingen en een feest van herkenning.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Anne van den Dool – Vluchthaven
(Querido)
Wanneer de Indonesische echtgenoot van haar grootmoeder overlijdt, reist Hannah af naar zijn geboorteland. Niet alleen om zijn as uit te strooien, maar ook om beter te begrijpen wie deze getraumatiseerde man was. Was hij echt liever daar dan hier, liever dood dan in leven? Zo onderneemt Hannah een eenzame zoektocht naar geluk, die vele vormen aanneemt, en die duidelijk maakt hoe we elkaar soms pas na de dood beter begrijpen.
Vluchthaven toont de fragiele kunst van het achterblijven, en laat zien hoe ver de schaduw van de geschiedenis kan reiken.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Pieter Winsemius – Het derde
(Podium)
Thijs is na het overlijden van zijn vrouw Toos en het vertrek van zoon Fred naar Amerika alleen achtergebleven met zijn hond Belle. Om zijn gedachten af te leiden wordt hij coach van het derde elftal: een hechte eenheid waarin afkomst geen rol speelt. Dit vriendenelftal is heel herkenbaar dankzij de grappen in de kleedkamer, de perikelen in het bestuur of de kantine, waar ‘de derde helft’ – de borrel na de wedstrijd – plaatsvindt.
Het derde wordt steeds fanatieker en gaat gebruikmaken van wedstrijdanalyses. Wanneer de spelers merken dat er iets niet in de haak is met het eerste elftal en er steeds meer Bulgaren in de kantine verschijnen, verdiepen ze zich ook in het spel van het eerste, wat tot gevaarlijke ontdekkingen leidt.
Het derde is een spannende en vermakelijke roman over voetbal, eenzaamheid en vriendschap.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Bill François – De begaafde sardine
(Atlas Contact)
In ‘De begaafde sardine’ laat Bill François ons kennismaken met alle zoutwaterwezens, en de ongelooflijke verhalen over het leven in de zee. De ene na de andere vis wordt soepel beschreven, vol fascinatie, humor en liefde. François geeft de sardine, muzikale walvissen, de kabeljauw, de blauwvintonijn en het zeepaardje een stem. Hij leert ons het lied van de sint-jakobsschelpen, en klapt uit de school over hoe haringen communiceren.
Een dagje naar het strand of een duik in (de) zee zal na het lezen van dit boek nooit meer hetzelfde zijn.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Olga Majeau – Eenzaam, de dapperen
(Atlas Contact)
Begin jaren zeventig komt een moeder van twee zoons, kinderen nog, om bij een auto-ongeluk aan de voet van de Franse Pyreneeën. Het doet de nabestaanden te veel pijn om over haar te spreken.
Ruim vier decennia later zijn de sporen van wat dat zwijgen met het gezin heeft gedaan nog alom aanwezig. Herinneringen zijn vervaagd en vervormd. De jongste zoon heeft er zelfs helemaal geen. Zijn geboorteland heeft hij verlaten. Elke zomer keert hij er terug en beziet hij de familietaferelen steeds meer als buitenstaander. Heimwee naar zijn land heeft hij niet; pijn om daar te zijn waar zijn wortels liggen en waar hij al lang geleden niet anders kon dan ervandaan vertrekken des te meer.
Tegen het taboe in dat al die jaren heerst in het gezin, gaat hij op zoek naar zijn moeder.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Houria Bouteldja – Witte mensen, joden en wij
(Leesmagazijn)
Dit boek is een schreeuw – geen schreeuw om oorlog, meer een schreeuw om vrede.
Of liever, het slaat en streelt…
…‘linkse’ witte mensen, die een antikolonialistisch goed geweten hebben maar in het grote witte kamp blijven: Sartre, zionist tot het einde, in tegenstelling tot Genet die geen barst om Hitler geeft en voor wie Dien Bien Phu geen nederlaag is.
…Joden, ‘die me zoveel aan Arabieren doen denken’, want ‘wat van jullie onze “verre neven” maakt, is jullie verhouding tot de witten. Men herkent een Jood niet omdat hij verklaart dat hij Jood is, maar aan zijn verlangen om in de witheid te willen verdwijnen, massaal achter zijn onderdrukker te gaan staan en de canons van de moderniteit te belichamen.’ Houria Bouteldja doet hen het voorstel ‘om samen weg te gaan uit het ghetto’.
…inheemse vrouwen: ‘Ik heb niets te verbergen over wat er bij ons gebeurt. Niet het beste noch het slechtste. In mijn litteken bevindt zich elke impasse waar ik als vrouw op stoot. De wereld is wreed tegen ons. De eer van de familie rust op de snor van mijn overleden vader, die ik graag zie maar die door Frankrijk werd verpletterd.’
…ons, inheemse mensen: ‘Inheemsen van de republiek: we zijn het in Frankrijk, in Europa, in het Westen. Maar voor de derde wereld zijn we wit. Witheid is geen kwestie van genen. Het is een machtsverhouding. De broeders die we daarginds aan hun lot hebben overgelaten, bekijken ons al met een scheef oog. We moeten ons aandeel in de misdaad erkennen. Of eufemistisch uitgedrukt: onze integratie.’
Houria Bouteldja spreekt namelijk niet als buitenstaander: ‘Waarom ik dit boek schrijf? Allicht om vergeven te worden voor mijn vroegere lafheid die de rottige toestand van inheemse mens met zich meebracht.’ Zich voor zichzelf schamen, ‘dat is zo’n beetje onze tweede natuur. “Na padden zijn Arabieren het laagste ras ter wereld,” zei mijn vader. Ongetwijfeld iets wat hij op een werf had opgepikt en zich vanuit zijn overtuiging van gekoloniseerde eigen had gemaakt.’
Een boek dat dringend, zonder zelfingenomenheid moet gelezen worden, om iets van de actuele gebeurtenissen te begrijpen.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Maxim Biller – Zes koffers
(Leesmagazijn)
Hoe bescherm je een familiegeheim? Door alles te vertellen. Een ontroerende familiegeschiedenis – een virtuoze, literaire misdaadroman.
Vanuit zes verschillende perspectieven vertelt de roman het verhaal van een groot verraad, een veroordeling. Het slachtoffer: de grootvader van de inmiddels in Berlijn wonende verteller, die in 1960 in Moskou werd geëxecuteerd. De verklikker: iemand uit de eigen familie. Zes Koffers is een vertelling over rapporten van de Tsjechoslowaakse geheime dienst, de Praagse filmwereld van de zestiger jaren, vergiftigde liefdesrelaties en intriges van een seksbeluste partijfunctionaris, maar tegelijkertijd is het een vertelling over ons leven, hier en nu, over onze moderne, verscheurde wereld waarin bijna niemand meer leeft op de plek waar hij werd geboren en opgroeide.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Andrew Krivak – De beer
(Querido)
Volkomen op zichzelf aangewezen weten een vader en dochter te overleven in de schaduw van een berg. De vader leert het meisje niet alleen vissen en jagen, maar wijdt haar ook in in de geheimen van de seizoenen en de sterren. Hij bereidt haar voor op een volwassen leven in harmonie met de natuur, want zij tweeën zijn wat resteert van de mensheid. Maar wanneer het meisje na de dood van haar vader alleen achterblijft in een onbekend landschap, is het een beer die haar de weg naar huis wijst, dwars door een uitgestrekte wildernis die de belangrijkste lessen van al biedt, als ze kan leren te luisteren.
De beer, een verhaal over de kwetsbaarheid van de mens, over liefde en verlies, is zowel een waarschuwing als een eerbetoon aan de heerschappij van de natuur.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Diederik Oostdijk – Klokken voor Amerika
(Boom)
Als dank voor de bevrijding en de Marshallhulp besloot de Nederlandse regering in 1951 een carillon te schenken aan Amerika. Het muziekinstrument met oorspronkelijk 49 klokken kwam terecht in een modernistische klokkentoren vlak naast Arlington National Cemetery, met uitzicht op de Amerikaanse hoofdstad Washington.
In Klokken voor Amerika beschrijft Diederik Oostdijk de moeizame geschiedenis van het Netherlands Carillon. Alles wat mis kon gaan, ging mis. Van het vermiste klokje dat koningin Juliana aan president Truman zou geven en de desastreuze beslissing om de klokken te laten vervaardigen door drie concurrerende klokkengieterijen, tot het besluit Gerrit Rietveld terug te trekken als architect voor de toren vanwege zijn vermeende communisme.
Toch is het jarenlange streven naar harmonie van het Netherlands Carillon ook inspirerend. Zowel Nederland als Amerika probeerde zichzelf opnieuw uit te vinden na de Tweede Wereldoorlog. Het Netherlands Carillon werd een klinkende metafoor voor de wederopbouw, een zelfbeeld in brons. Alle klokken zijn herstemd en met drie nieuw te geven klokken voor Amerika viert Nederland het 75ste jubileum van de bevrijding.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Paolo Giordano – In tijden van besmetting
(Querido)
Een urgent, elegant en uiteindelijk hoopvol essay van de auteur van De eenzaamheid van de priemgetallen en over het virus dat ons allen in zijn greep houdt.
De corona-epidemie dreigt de grootste gezondheidsdreiging van onze tijd te worden. Het legt de verschillende niveaus bloot waarop wij tegenwoordig met elkaar verbonden zijn – het maakt niet uit wie of waar we zijn, wat we nu meemaken gaat voorbij aan landsgrenzen, identiteiten en culturen. De verspreiding van het virus maakt ondubbelzinnig duidelijk hoezeer onze wereld geglobaliseerd is. De epidemie moedigt ons aan de wereldbevolking als één grote samenleving te zien en dwingt ons om in te zien dat individuele keuzes gevolgen hebben voor iedereen. De samenleving waar we ons nu mee bezig moeten houden, is de gehele mensheid.
De wereldwijde bestsellerauteur Paolo Giordano schreef vanuit zijn wetenschappelijke achtergrond met In tijden van besmetting een glashelder, indringend en belangwekkend betoog.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Gerda Blees – Wij zijn licht
(Podium)
Midden in een zomernacht sterft Elisabeth, de oudste bewoonster van Woongroep Klank en Liefde. Haar drie huisgenoten worden aangehouden: het streven van de groep om te stoppen met eten en van licht en liefde te gaan leven, lijkt Elisabeth fataal te zijn geworden. Van wereldvreemde idealisten aan de rand van de maatschappij zijn de drie plotseling verdachten in een strafzaak geworden.
Door de ogen van de nacht, de buren, de twijfel, de vader van een van de huisgenoten, een sinaasappelgeur en vele andere personages en entiteiten zien we hoe elk van de betrokkenen een ander antwoord geeft op de vraag hoe Elisabeth kon overlijden. Wie is er schuldig? En heeft de woongroep nog een toekomst?
Wij zijn licht is een beklemmende en tegelijkertijd hoogst vermakelijke roman over kleine mensen in een grote wereld, en hun verbindende maar ook vernietigende verlangen om in verheven idealen te geloven.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Svenja O’Donnell – Inges oorlog
(Atlas Contact)
‘Inges oorlog’ van Svenja O’Donnell is een alledaags verhaal, maar bijzonder door de uitzonderlijke tijd waarin het zich afspeelt. De auteur bracht in 2011 een bezoek aan Kaliningrad, aan de Baltische zee. In een opwelling belt ze haar grootmoeder Inge, van wie ze weet dat die zestig jaar eerder halsoverkop uit deze stad is gevlucht. Voor het eerst vertelt Inge over haar verleden. Haar familie leefde generaties lang in Kaliningrad, destijds nog Königsberg geheten, de hoofdstad van Oost-Pruisen. Midden in de oorlog wordt Svenja’s moeder er geboren. Amper twee jaar later moet het gezin vluchten. Grootmoeder zal de plaats nooit terugzien, maar er haar leven lang naar terugverlangen. Via talloze gesprekken en reizen door Europa reconstrueert de schrijfster haar familiegeschiedenis en ontdekt uiteindelijk het tragische geheim dat haar moeder zestig jaar bij zich droeg.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Daniel J. Levitin – Hoe ouder, hoe beter
(Pluim)
In Hoe ouder, hoe beter leert de bekroonde bestsellerauteur en neurowetenschapper dr. Daniel J. Levitin ons anders na te denken over ouder worden.
Je levensstijl bepaalt de kwaliteit van je oude dag, en daar heb je zelf controle over. Levitin geeft talloze tips over wat je op elk moment in je leven kan doen om goed oud te worden op basis van de laatste wetenschappelijke inzichten. Versnellen in plaats van vertragen, bijvoorbeeld, volgens de vijfentachtigjarige Jane Goodall, die nog steeds veldwerk in Tanzania doet. En met volle overgave opgaan in je bezigheden beschermt je tegen cognitieve achteruitgang en lichamelijke ziekten, volgens Paul Simon.
Ouder worden levert je voordeel op, in plaats van dat het tegen je werkt. Het is een levensfase als alle andere, waarin je gaven door jaren van oefening veel beter ontwikkeld zijn en die je nog altijd verder kan ontplooien. Hoe ouder, hoe beter is revolutionair in de manier waarop we denken over ouderdom, in een samenleving waarin de gemiddelde levensverwachting stijgt. Dit boek is meer dan een gids voor in iedere levensfase. Het is de ultieme sleutel naar geluk en gezondheid voor de rest van je leven.
Daniel J. Levitin is prijswinnend neurowetenschapper en auteur, maar ook muzikant en ex-platenproducer. Hij is emeritus hoogleraar in de psychologie en neurowetenschap aan McGill University, gastonderzoeker aan UC Berkeley. Hij is de auteur van vier internationale bestsellers, waaronder Een opgeruimde geest en Ons muzikale brein. Hij schrijft geregeld in The Wall Street Journal.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Philippe Besson – Lieg met mij
(De Bezige Bij)
Net buiten een hotel in Bordeaux ziet Philippe een jonge man die als twee druppels water lijkt op zijn eerste liefde. Wat volgt is een aangrijpende terugblik op de tienerjaren van Philippe, en het bepalende moment in zijn leven toen op een winterse ochtend in 1984 twee zeventienjarige jongens elkaar voor het eerst in het geheim ontmoetten. Het is het begin van een verborgen en tragische liefdesrelatie tussen Philippe en zijn schoolgenoot Thomas, die de richting van hun beider levens voor altijd heeft bepaald.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Philippe Besson – Lieg met mij
(Querido)
Lange tijd gold de vagebond als een louche figuur zonder een vaste plaats in de maatschappij. Dat veranderde in de negentiende eeuw: kunstenaars en andere eigenzinnige geesten identificeerden zich met de vagebond. Ze verafschuwden de burgerlijke wereld met haar bezitsdrang en commercie.
Deze dwarsdenkers liepen vooruit op een trend in onze eigen tijd. Veel jongeren kiezen voor alternatieve levenswijzen. Omdat ze de huizenprijzen in de stad niet meer kunnen betalen of omdat ze het kapitalistische systeem principieel verwerpen, trekken ze op goed geluk rond en bouwen een tiny house aan de rafelrand van de samenleving. Verbeelding, liefde voor de natuur en vrijheidszin staan voorop!
In zijn Handboek voor de vagebond presenteert Léon Hanssen belangrijke woordvoerders van deze nieuwe stijl van zwerven, wonen en kritisch denken. Van Henry David Thoreau met zijn klassieke pleidooi voor een leven in de bossen tot de Engelse schuurbewoonster en schrijfster Catrina Davies nu: zij tekenen voor een levenshouding die voor ons allemaal zeer inspirerend kan zijn.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Liesbeth Koenen – Het beste van Hugo Brandt Corstius volgens Hugo Brandt Corstius
(Querido)
‘Juweeltjes’ stond er op nummer 695 van de 765 mappen waarin de nalatenschap van Hugo Brandt Corstius terecht is gekomen. Een verrassing: hij had bijna honderd teksten uit eigen werk gekozen. Ze beslaan een halve eeuw volop rebelleren en dwarsdenken.
Hugo Brandt Corstius bekeek alles vanuit een andere hoek dan normaal. Speels en scherp noteerde hij wat hij zag, en was daarbij geregeld zijn tijd vooruit, zoals met een wittefietsenplan en het internet.
De schepper van het bijzondere spel met het Nederlands, het Opperlands, was beroemd en berucht. Net als Battus, Piet Grijs, Maaike Helder en de vele andere afsplitsingen van deze koning van de pseudoniemen. Ook postuum spat hun talent eraf.
Zijn biografe Liesbeth Koenen schreef een inleiding, uitleg, anekdotes en flarden uit het leven van Brandt Corstius bij deze staalkaart van zijn kunnen.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Margot Dijkgraaf – Zij namen het woord
(Atlas Contact)
In Zij namen het woord schetst Margot Dijkgraaf de portretten van uitzonderlijke, schrijvende Franse vrouwen uit de 17e tot de 21e eeuw. Ze schrijven, ze spreken, ze gaan de barricaden op, ze doorbreken taboes, ze verleggen grenzen. En ze bieden inspiratie – door hun boeken, hun denkbeelden, hun daden of hun karakter. De vrouwen in dit boek heten Colette of Françoise Sagan, George Sand of Simone de Beauvoir, Madame de Staël of Maryse Condé. De een is grondlegger van de Europese literatuur, de volgende vecht voor de positie van de vrouw als schrijfster, weer een ander richt haar pijlen op onrechtvaardigheid en ongelijkheid of eist voor de niet-westerse stem een plek op in de literatuur. Allemaal zijn ze Franstalig, rebels, tegendraads.
Schrijven is gevaarlijk – en hoe!
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Thomas Rijsman & Nordin Ghouddani – Marokkaanse trots
(Atlas Contact)
In Marokkaanse trots beschrijven sportjournalisten Thomas Rijsman en Nordin Ghouddani de complexiteit van een Marokkaanse nationaliteit in de voetbalwereld. Er zijn steeds meer Marokkaanse Eredivisiespelers, inmiddels bijna tien procent van het totaal. Hoe lastig was hun weg van het pleintje naar het stadion? Tegen welke vooroordelen lopen ze aan, zowel op de club als in het contact met de pers? En waar blijft de eerste Marokkaanse hoofdtrainer? Met deze vragen op zak bezoeken ze tal van spelers in het land ‘Marokkaanse trots’ neemt je mee in een wereld van talent, creativiteit, cultuur en geloof – en laat daarbij geen taboe onbesproken.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Tim Flannery – Europa. De eerste honderd miljoen jaar
(Atlas Contact)
Tim Flannery brengt in zijn baanbrekende boek Europa de geschiedenis van ons werelddeel in kaart en de krachten die het leven erop vormen – inclusief de moderne mens – en schildert daarmee een portret van een continent dat vandaag de dag nog steeds een enorme invloed op de wereld uitoefent. Zo’n 100 miljoen jaar geleden dreven de drie grote continenten – Azië, Noord-Amerika en Afrika – uit elkaar, waardoor een grote, tropische eilandenarchipel ontstond. Deze archipel zou zich ontwikkelen tot Europa. Flannery vertelt de rijke geschiedenis van dit werelddeel vanuit een verrassende en vernieuwende invalshoek: de ecologie. Door de eeuwen heen zijn talloze dier- en plantsoorten naar Europa gemigreerd en met het continent mee geëvolueerd. In Europa werden de eerste koraalriffen gevormd, leefden holenberen, mammoeten en ’s werelds grootste olifanten én vonden cruciale ontwikkelingen plaats in de ontwikkeling van onze eigen soort. Sinds de mens 40.000 jaar geleden in Europa aankwam heeft hij enorme invloed gehad op de flora en fauna, en die invloed neemt alleen maar toe.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .